|
||||||||
|
Tot ik deze plaat te horen kreeg, had ik nooit eerder gehoord over deze vanuit Utrecht opererende klankentapper die op zijn eigen SWP label een aantal dingen uitbrengt, waar andere platenmaatschappijen de neus voor ophalen. Ik begrijp waarom: de muziek op deze CD is van dien aard, dat je haast als vanzelf gaat zweven en naar pakweg Tibet gaat verlangen. Het uitgangspunt van de opnames is wetenschappelijk: alles is trilling, ook wat ogenschijnlijk stilstaat. Frequenties kunnen verschillen, maar trilling is er sowieso en wanneer twee dingen, die oorspronkelijk op verschillende frequentie aan het trillen zijn, in elkaars nabijheid komen, beginnen ze na een tijd elkaars frequentie over te nemen. Met dat gegeven in het achterhoofd, ging Baird aan de slag met allerhande metalen voorwerpen, al dan niet als instrument bedoeld: van champagne emmer tot Indiaas belletje, het is allemaal van metaal en je kunt er geluid mee produceren. Dat doet hij hier negen nummers lang en de plaat bevat 69 minuten klank, die bij momenten intrigerend klinkt en die gevoelsmatige reacties oproept bij wie er naar luistert. Blijft natuurlijk de vraag of je dit ook “muziek” kunt noemen en daar begin ik te aarzelen, omdat ik twee essentiële dingen mis: ritme en melodie. Ik ben heus niet iemand die vindt dat muziek moet bestaan uit stroger-refreintje-strofe-refreintje-break-refreintje, maar Baird gaat toch behoorlijk ver. Experimenteel is het zeker, “metal” ook, ongetwijfeld, maar ik mis iets. In omgevingen waar Yoga en andere meditatietechnieken onderwezen worden, zou dit misschien nog wel kunnen werken, maar bij mezelf -en ik beschouw mijn oren na al die jaren best als “geoefend”- wekt deze plaat voornamelijk vermoeidheid op. OK, ik ben geen wetenschapper en ik geef toe dat het experiment dat hier gedocumenteerd wordt, absoluut interessante aspecten biedt, maar dit lijkt me eerder voer voor een universitair auditorium en een heel select publiek van ge)avanceerde audiofielen, die erop gebrand zijn de geheimen der trilling te doorgronden. Ik heb hier alle mogelijke respect voor, maar of ik me ook door het resultaat aangesproken voel, is een andere vraag. Dit eist iets te veel van het gehoorsvermogen, zelfs van een stel getrainde oren. Maar…intrigeren doet het zeker en bestaansreden heeft het absoluut. (Dani Heyvaert) |